Javascript Menu by Deluxe-Menu.com

Roco Sik met LE 0521A

De Sik is waarschijnlijk de bekendste rangeerloc die ooit in Nederland heeft rondgereden. Sommige van deze oudgedienden rijden na vijftig jaar nog steeds rond. De Roco Sik is een schattig H0 locomotiefje. Hij is voorzien van een vijfpolig motortje met een stevig vliegwiel. Het locje rijdt prima, maar kan op een gewone transformator niet echt kruipen. Met een goede decoder moet dat zondermeer wel mogelijk zijn. En dat zwaailicht op de cabine... dat moet natuurlijk ook gewoon gaan werken!

De ruimte in de Sik is zeer beperkt. Een gewone H0 decoder past er niet lekker in. Ik heb daarom de LE 521A van Lenz gebruikt. Deze kleine decoder is bedoeld voor schaal N. De decoder heeft lastregeling (cruise control) en twee schakelbare functies. De maximumsnelheid en de optrek- en afremvertraging zijn apart instelbaar. De lastregeling zorgt niet alleen voor een constante snelheid, maar maakt ook heel langzaam rangeren mogelijk. De maximale motorstroom van 0,5 A is ruim voldoende voor het kleine motortje in de Sik.

De Sik is een heel simpel locje. Het onderstel is een langwerpig metalen gietstuk waar de twee asjes doorheen lopen. De motor en het vliegwiel zijn er bovenop geklemd. De sleepcontacten zijn vastgemaakt op een klein stukje printplaat onder de motor. De operatie begint met het verwijderen van de motor. Vervolgens komt de soldeerbout er aan te pas om de ontstoorspoeltjes en de SMD condensator van het printplaatje te verwijderen. Als het goed is, bestaat er nu geen enkel contact meer tussen de wielen en de motoraansluitingen. Meet dit voor de zekerheid even na met een multimeter.

De decoder krijgt een plaatsje voor het motortje. Omdat de decoder niet geïsoleerd is, heb ik uit twee stukjes styreen een voetstukje voor de decoder gemaakt. Het styreen is met secondelijm op het onderstel geplakt. De decoder is op zijn beurt op het voetstuk gelijmd. Zo zit hij goed vast en kan hij geen contact maken met de kap of het onderstel. Het is tijd om de decoder aan te sluiten. De rode draad gaat naar het rechter sleepcontact, de zwarte draad naar het linker. De motordraden zijn oranje en grijs. De oranje draad moet aan het rechter motorcontact worden gesoldeerd. De grijze draad gaat naar het andere motorcontact. Let goed op dat er geen enkel contact bestaat tussen de vier draden!

Als het goed is, kan de Sik nu rijden. Ik zet locs na een ombouw altijd eerst op het programmeerspoor om ongelukken te voorkomen. Op het programmeerspoor staat namelijk niet de volle digitale spanning. Een eventuele kortsluiting in de bedrading is niet gelijk funest voor de decoder. Als het lukt om het adres op te vragen uit CV 1, is alles in orde en kan er gereden worden. Ik heb het adres van de Sik gelijk gemaakt aan het bedrijfsnummer. In dit geval is dat 203. Het adres is te groot voor het basisadres en moet als lang adres worden geprogrammeerd in CV 17 en 18. De Intellibox heeft een aparte menuoptie voor het programmeren van lange adressen.

De loc rijdt, maar nu moet er nog een lampje gaan branden. Het zwaailicht op het dak is een stukje blauw plastic. Ik heb het vervangen door een heel klein gloeilampje. Zulke lampjes worden rijstkorrellampjes of (ultra) micro gloeilampjes genoemd. Ze zijn onder andere te koop bij Conrad onder bestelnummer 720120. Het dak van de Sik is van plastic. Je kunt het losmaken door de lipjes aan de binnenkant van de kap in te drukken. Pas wel op dat je niet te hard drukt.

Op de plaats van het zwaailicht wordt een klein gaatje geboord voor de draadjes van het lampje. De draadjes worden door het dak gestoken. Ze houden het lampje vanzelf op zijn plaats. Het lampje heeft een maximale spanning van slechts 1,5 Volt. In een van de draadjes moet een weerstandje van 1 K Ohm worden opgenomen om de spanning omlaag te brengen. Ik heb hiervoor een klein printplaatje gemaakt dat onder het dak van de cabine past. Op het printplaatje is ook plaats voor het Märklin lampje dat als cabineverlichting dient.

De verlichting wordt aangesloten op drie verschillende draadjes van de decoder. Het witte draadje is van functie-uitgang A en kan worden ingeschakeld met de gewone functietoets. Ik heb het gebruikt voor de cabineverlichting. Het gele draadje is uitgang B en is te bedienen via functietoets F1. Hierop gaan we het zwaailicht aansluiten. Het blauwe draadje is de functiemassa en dient als retourleiding voor beide lampjes. De draadjes worden door het open dak gestoken en aan het printplaatje gesoldeerd. Een stukje styreen op het motorblok voorkomt dat de draadjes in de motor terechtkomen.

Tenslotte wordt de decoder geprogrammeerd. Eigenlijk hoeft er helemaal niet zoveel ingesteld te worden. De maximumsnelheid wordt omlaag gebracht door CV 5 op 4 te zetten. De optrek- en afremvertraging kunnen worden uitgeschakeld via CV’s 3 en 4. De functies moeten zo worden ingesteld dat uitgang A reageert op F0 en uitgang B op F1. Wanneer we bit 5 van CV 57 op 1 zetten gaat uitgang B knipperen als een ‘gyrolight’. Dit knippereffect benadert het zwaailicht het beste van alle knippereffecten. De ombouw van de Sik is nu klaar. Rangeren maar!

CV Waarde Betekenis
3 0 Optrekvertraging
4 0 Afremvertraging
5 4 Maximumsnelheid
17 0 Lang adres (hoge byte)
18 203 Lang adres (lage byte)
29 Bit 6 = 1 Lang adres gebruiken
51 Bit 1 = 1 Uitgang A = F0, uitgang B = F1
57 Bit 5 = 1 Gyrolight voor uitgang B
Bits worden geteld van 1 t/m 8 (Lenz nummering)


Een uitgebreid verslag is te lezen in het september 2003 nummer van Railhobby.

2003

 

H0
© Huib Maaskant - Alle rechten voorbehouden - aim@floodland.nl