Leuk looplicht
In het dagelijks leven komen we looplichten in allerlei vormen tegen. Je vindt ze bijvoorbeeld op kermisattracties en op de gevel van een bioscoop. Het principe van een looplicht is heel eenvoudig. In een vaste volgorde lichten na elkaar verschillende lampen op. Het aantal lampen kan variëren, maar de schakeling er achter is altijd hetzelfde.
De schakeling bestaat uit drie gedeelten. Het linker deel is opgebouwd rond een simpele spanningstabilisator (IC1, 7805). De wisselspanning van de transformator wordt hier teruggebracht tot 5 volt gelijkspanning. IC2 (CA3130) wordt gebruikt om pulsen op te wekken. De pulsjes worden doorgegeven aan IC3 (74HC4017). Dit IC is een teller met tien uitgangen (Q0 - Q9). Zodra er een puls binnenkomt op ingang CP0, wordt de teller met één verhoogd en wordt de volgende uitgang ingeschakeld. Hierdoor gaat het looplicht ook echt lopen. In het circuit is de instelbare weerstand P1 opgenomen. Daarmee is de snelheid van het looplicht in te stellen.
Onderdelen | |
IC1 | 7805 spanningsstabilisator |
IC2 | CA 3130 |
IC3 | 74 HC 4017 |
C1 | 1000 µF 25V |
C2 | 100 nF |
C3 | 1 µF 12V |
R1, R2, R3 | 100 K Ohm |
R4 | 4,7 K Ohm |
R5…R8 | 390 Ohm |
P1 | 500 K Ohm instelpotmeter |
T1..T4 | BC 547B |
D1..D4 | LED 3 mm |
G1 | 500 mA gelijkrichter |
Soldeerstiften 1 mm | |
16 pin & 8 pin IC voetje | |
Koellichaam voor de 7805 |
Het looplicht kan bestaan uit twee tot tien lampjes.
Het aantal wordt ingesteld met ingang MR. MR is de 'reset' van de
teller. Als op deze ingang spanning komt te staan, wordt de teller
gelijk op nul gezet. Door de reset te verbinden met een uitgang,
kun je zelf bepalen hoeveel lampjes je wilt gebruiken. Als je zes
lampjes wilt gebruiken dan verbind je MR met Q6, voor drie lampjes
met Q3. Let er wel op dat elke uitgang voorzien moet zijn van een
transistor!
Voor deze schakeling heb ik een apart printplaatje gemaakt. Het maken van zo'n printplaatje lijkt veel moeilijker dan het eigenlijk is. De eerste stap is het op maat zagen van de printplaat. Een gewone figuurzaag is hiervoor prima geschikt. Daarna moet de koperzijde goed ontvet worden met Cif. De derde stap is het overbrengen van de baantjes op de koperzijde. Hiervoor kun je het beste afwrijvertjes en een pen met etsvaste inkt gebruiken.
De printplaat is nu klaar om geëtst te worden. Voor het etsen wordt meestal IJzerTriChloride (FeCl3) gebruikt. Het is te koop bij elke elektronicazaak. Pas wel op je kleren en handen! Het etsen van een printje kan tussen de een en twee uur duren. Het etsen is klaar als er geen koper meer tussen de baantjes zit. Vervolgens maak je het printje weer goed schoon met Cif. Nu hoeven alleen nog de gaatjes voor de componenten te worden geboord. Met een 1 mm boortje in de Dremel of Proxxon is dat zo gebeurd.
De schakeling is niet moeilijk te solderen. Let bij het plaatsen van de componenten wel op de juiste richting. Verkeerd geplaatste componenten kunnen beschadigd worden en ervoor zorgen dat de schakeling helemaal niet werkt. Voor het solderen van de componenten kun je het beste een kleine soldeerbout en soldeer met een harskern gebruiken.
Het kleine printplaatje is bedoeld om de schakeling te testen. Het bevat vier LEDs en vier weerstanden. Het testprintje wordt met vijf draadjes aangesloten op de hoofdprint. Let er even op dat IC1 niet te heet wordt. Als je meer dan vier LEDs aansluit, moet het IC voorzien worden van een koellichaam.
Een leuke toepassing is een looplicht rond het reclamebord van een bioscoop. Voor de inbouw in de POLA bioscoop heb ik 32 LEDs gebruikt, die verdeeld zijn over vier groepen van acht LEDs. Met zoveel LEDs wordt de bedrading snel een complete chaos. Daarom heb ik voor de bioscoop een apart printplaatje gemaakt dat precies achter het bord past. Alle LEDs zijn hier direct op gesoldeerd. De hele printplaat is achter het bord geplakt en het licht van de LEDs wordt zichtbaar gemaakt met lichtgeleidertjes.
Een uitgebreider verslag is te lezen in het januari 2002 nummer van Railhobby.
2002